Persoonlijke instellingen

TH Berichten

Uit Tuencyclopedie

Share/Save/Bookmark
(Verschil tussen bewerkingen)
(Nieuwe pagina aangemaakt met '“De kring van medewerkers van de Technische Hogeschool te Eindhoven wordt groter. Nieuwe plannen worden gemaakt en uitgevoerd. Het is moeilijk om bij te blijven. Dez…')
Regel 1: Regel 1:
-
“De kring van medewerkers van de Technische Hogeschool te Eindhoven wordt groter. Nieuwe plannen worden gemaakt en uitgevoerd. Het is moeilijk om bij te blijven. Deze ''Mededelingen ''zijn bedoeld als huisorgaan, dat wil proberen aan dit bezwaar tegemoet te komen.” Met deze woorden introduceert prof.dr. '''K. Posthumus''' in december 1956 het eerste mededelingenblad van de THE. Het blad verschijnt met de curieuze toevoeging: “De inhoud is niet bestemd voor publicatie in de pers”. Daar zal ook niet veel aanleiding toe zijn, want het aanvankelijk gestencilde en zeer onregelmatig verschijnende periodiek houdt zich zonder journalistieke pretenties keurig aan het achteraf vermelden van nieuwe ontwikkelingen.  
+
“De kring van medewerkers van de Technische Hogeschool te Eindhoven wordt groter. Nieuwe plannen worden gemaakt en uitgevoerd. Het is moeilijk om bij te blijven. Deze ''Mededelingen ''zijn bedoeld als huisorgaan, dat wil proberen aan dit bezwaar tegemoet te komen.” Met deze woorden introduceert prof.dr. [[Posthumus K. | K. Posthumus]] in december 1956 het eerste mededelingenblad van de THE. Het blad verschijnt met de curieuze toevoeging: “De inhoud is niet bestemd voor publicatie in de pers”. Daar zal ook niet veel aanleiding toe zijn, want het aanvankelijk gestencilde en zeer onregelmatig verschijnende periodiek houdt zich zonder journalistieke pretenties keurig aan het achteraf vermelden van nieuwe ontwikkelingen.  
-
'''Tabakspijp en rozenkrans'''
+
=== Tabakspijp en rozenkrans ===
 +
----
Op 4 februari 1959 ziet een tweede publicatie het licht: ''TH Berichten ''heeft de bedoeling de lezer op de hoogte te houden van wat er in en rond de THE te gebeuren staat. Het blad, zo belooft de driekoppige redactie (H.W. van de Gaarden, A.G.M. Geurts en P.J.N. Kruip) verschijnt iedere woensdag en zal ‘op een tafeltje ter medeneming worden neergelegd.’ Het journalistieke gehalte is aanvankelijk nihil. Onthullend is slechts de lijst met gevonden voorwerpen die op 24 juni 1959 wordt gepubliceerd: “1 foudraal voor lineaal, 3 ballpoints, 1 tekenpen, 1 tabakspijp, 1 tube tandpasta, 1 broodtrommeltje, 2 linker handschoenen, 1 rechter handschoen, 1 fietspomp, 2 driehoekjes, 1 logarithmische en goniometrische tafel (Derksen en de Laive), 1 passer, 1 plastic regenkapje, 1 wollen shawl, 1 rozenkrans, 3 omslagmappen oefeningen wiskunde, 1 regenbroek, 1/2 koplamp voor rijwiel, 1 ringband A5. Deze voorwerpen worden na woensdag 24 juni a.s. uitgestald in de hal van de Technische Hogeschool.” Langzaam maar zeker ontwikkelt deze getypte en gestencilde uitgave zich in een wat meer professionele richting. In september 1961 stapt ''TH Berichten ''over op een tweekoloms zwart-wit uitvoering. Met ingang van september 1965 verschijnen er foto’s en kadertjes en neemt het blad de gedaante aan van ‘een weekblad voor de hele TH-gemeenschap.’ In het voorjaar van 1974 vindt een redactiewisseling plaats. Journalist Dick Wittenberg, die later voor ''NRC Handelsblad ''zal gaan werken, neemt de eindredactie over. De lezers wordt in een artikeltje duidelijk gemaakt dat er in de loop der jaren nogal wat veranderd is. Vroeger werd aangeleverde kopij hooguit op taalfouten gecorrigeerd en zette een medewerker van de Voorlichtingsdienst het blad op een achternamiddag in elkaar. Door de toegenomen informatiestromen is er veel meer redactie nodig om berichten te selecteren en leesbaar te maken. En dus zal de THE-gemeenschap, zo laat de redactie weten, moeten accepteren dat er ‘aan stukjes geknoeid’ zal worden. De journalistiek klopt bescheiden aan de achterdeur.
Op 4 februari 1959 ziet een tweede publicatie het licht: ''TH Berichten ''heeft de bedoeling de lezer op de hoogte te houden van wat er in en rond de THE te gebeuren staat. Het blad, zo belooft de driekoppige redactie (H.W. van de Gaarden, A.G.M. Geurts en P.J.N. Kruip) verschijnt iedere woensdag en zal ‘op een tafeltje ter medeneming worden neergelegd.’ Het journalistieke gehalte is aanvankelijk nihil. Onthullend is slechts de lijst met gevonden voorwerpen die op 24 juni 1959 wordt gepubliceerd: “1 foudraal voor lineaal, 3 ballpoints, 1 tekenpen, 1 tabakspijp, 1 tube tandpasta, 1 broodtrommeltje, 2 linker handschoenen, 1 rechter handschoen, 1 fietspomp, 2 driehoekjes, 1 logarithmische en goniometrische tafel (Derksen en de Laive), 1 passer, 1 plastic regenkapje, 1 wollen shawl, 1 rozenkrans, 3 omslagmappen oefeningen wiskunde, 1 regenbroek, 1/2 koplamp voor rijwiel, 1 ringband A5. Deze voorwerpen worden na woensdag 24 juni a.s. uitgestald in de hal van de Technische Hogeschool.” Langzaam maar zeker ontwikkelt deze getypte en gestencilde uitgave zich in een wat meer professionele richting. In september 1961 stapt ''TH Berichten ''over op een tweekoloms zwart-wit uitvoering. Met ingang van september 1965 verschijnen er foto’s en kadertjes en neemt het blad de gedaante aan van ‘een weekblad voor de hele TH-gemeenschap.’ In het voorjaar van 1974 vindt een redactiewisseling plaats. Journalist Dick Wittenberg, die later voor ''NRC Handelsblad ''zal gaan werken, neemt de eindredactie over. De lezers wordt in een artikeltje duidelijk gemaakt dat er in de loop der jaren nogal wat veranderd is. Vroeger werd aangeleverde kopij hooguit op taalfouten gecorrigeerd en zette een medewerker van de Voorlichtingsdienst het blad op een achternamiddag in elkaar. Door de toegenomen informatiestromen is er veel meer redactie nodig om berichten te selecteren en leesbaar te maken. En dus zal de THE-gemeenschap, zo laat de redactie weten, moeten accepteren dat er ‘aan stukjes geknoeid’ zal worden. De journalistiek klopt bescheiden aan de achterdeur.
-
'''Vrij publiceren'''
+
=== Vrij publiceren ===
 +
----
Onder invloed van de democratiseringsen inspraakbeweging is in het midden van de jaren zeventig de sfeer in de universitaire wereld veranderd. In 1976 geeft de staatssecretaris voor Hoger en Wetenschappelijk onderwijs, dr. G. Klein, in een interview met het ''Hogeschoolblad ''van de Technische Hogeschool Delft aan dat journalisten van een universiteitskrant “de plicht hebben om te rapporteren over wat ze aan nieuws en informatie vergaren, als zij menen dat zij hun verantwoordelijkheid aankunnen.” Want universiteitsbestuur en redactie hebben volgens Klein verschillende verantwoordelijkheden. Een journalist van een universiteitsblad, die dicht op de huid van de organisatie werkt en er ook door betaald wordt, moet zich bewust zijn van de gevolgen van de publicatie van gevoelige informatie.
Onder invloed van de democratiseringsen inspraakbeweging is in het midden van de jaren zeventig de sfeer in de universitaire wereld veranderd. In 1976 geeft de staatssecretaris voor Hoger en Wetenschappelijk onderwijs, dr. G. Klein, in een interview met het ''Hogeschoolblad ''van de Technische Hogeschool Delft aan dat journalisten van een universiteitskrant “de plicht hebben om te rapporteren over wat ze aan nieuws en informatie vergaren, als zij menen dat zij hun verantwoordelijkheid aankunnen.” Want universiteitsbestuur en redactie hebben volgens Klein verschillende verantwoordelijkheden. Een journalist van een universiteitsblad, die dicht op de huid van de organisatie werkt en er ook door betaald wordt, moet zich bewust zijn van de gevolgen van de publicatie van gevoelige informatie.
-
'''Cursor'''
+
=== Cursor ===
 +
----
In september 1986 wordt de THE omgedoopt tot TU/e en heet ''TH Berichten ''voortaan ''Cursor. ''De redactie bestaat inmiddels uit een fulltime hoofdredacteur, een parttime eindredacteur en ''dito ''bureauredacteur en twee vaste medewerkers van de Voorlichtingsdienst. De redactie maakt ook gebruik van bijdragen van studenten, medewerkers en freelance journalisten. Er wordt kopij uitgewisseld met andere universiteitsbladen. Later onstaat er in Nederland een gespecialiseerd ''Hoger Onderwijs Persbureau ''dat stukken kant en klaar voor de redactie aanlevert. Commerciële advertenties worden in de jaren negentig geworven via een extern reclamebureau. De redactie staat nog steeds op de loonlijst van de Universiteit. In 1986 noemt ''Cursor ''zich een onafhankelijk blad, hetgeen wordt gewaarborgd door een redactiestatuut en een redactieraad. Het blad biedt ook meer ruimte aan cartoons (de traditie was in het begin van de jaren zestig begonnen met de ‘TH Kromme’, een cartoon gebaseerd op het logo, dat liefkozend ''het harkje ''werd genoemd). In de jaren zeventig plaatste het blad al cursiefjes, zoals het ''Stekelbokje. ''Later ruimt de redactie plaats in voor de cartoons van dr.ir. C.W.A.M. (Kees) van Overveld en voor de strips ''Harmpje ''en ''Geert en Beert. ''In de jaren tachtig verschijnt er wekelijks op pagina twee een column onder de naam ''Theo, ''waarin het wel en wee van de Universiteit vanuit het hoogstpersoonlijke blikveld van de hoofdredacteur wordt beschreven. Later ontstaat de column ''Overige zaken, ''waarin hoogleraren en medewerkers als prof.dr. P.J. Lemstra, prof.dr.ir. H.E.H. Meijer, prof.dr.ir. F.W. Sluijter, dr. J.W. Nienhuys en drs. M.R.J. Pieterson bij toerbeurt de TU/e-gemeenschap deelgenoot laten worden van opborrelende gedachten en kritische reflecties. Deze rubriek verdwijnt uit de kolommen en het estafettestokje wordt later overgehet begin van de jaren zestig begonnen met de ‘TH Kromme’, een cartoon gebaseerd op het logo, dat liefkozend ''het harkje ''werd genoemd). In de jaren zeventig plaatste het blad al cursiefjes, zoals het ''Stekelbokje. ''Later ruimt de redactie plaats in voor de cartoons van dr.ir. C.W.A.M. (Kees) van Overveld en voor de strips ''Harmpje ''en ''Geert en Beert. ''In de jaren tachtig verschijnt er wekelijks op pagina twee een column onder de naam ''Theo, ''waarin het wel en wee van de Universiteit vanuit het hoogstpersoonlijke blikveld van de hoofdredacteur wordt beschreven. Later ontstaat de column ''Overige zaken, ''waarin hoogleraren en medewerkers als prof.dr. P.J. Lemstra, prof.dr.ir. H.E.H. Meijer, prof.dr.ir. F.W. Sluijter, dr. J.W. Nienhuys en drs. M.R.J. Pieterson bij toerbeurt de TU/e-gemeenschap deelgenoot laten worden van opborrelende gedachten en kritische reflecties. Deze rubriek verdwijnt uit de kolommen en het estafettestokje wordt later overgenomen door de wekelijkse column ‘Effe zeuren’ van de emeritus hoogleraar prof.dr. F.W. (Fred) Steutel.
In september 1986 wordt de THE omgedoopt tot TU/e en heet ''TH Berichten ''voortaan ''Cursor. ''De redactie bestaat inmiddels uit een fulltime hoofdredacteur, een parttime eindredacteur en ''dito ''bureauredacteur en twee vaste medewerkers van de Voorlichtingsdienst. De redactie maakt ook gebruik van bijdragen van studenten, medewerkers en freelance journalisten. Er wordt kopij uitgewisseld met andere universiteitsbladen. Later onstaat er in Nederland een gespecialiseerd ''Hoger Onderwijs Persbureau ''dat stukken kant en klaar voor de redactie aanlevert. Commerciële advertenties worden in de jaren negentig geworven via een extern reclamebureau. De redactie staat nog steeds op de loonlijst van de Universiteit. In 1986 noemt ''Cursor ''zich een onafhankelijk blad, hetgeen wordt gewaarborgd door een redactiestatuut en een redactieraad. Het blad biedt ook meer ruimte aan cartoons (de traditie was in het begin van de jaren zestig begonnen met de ‘TH Kromme’, een cartoon gebaseerd op het logo, dat liefkozend ''het harkje ''werd genoemd). In de jaren zeventig plaatste het blad al cursiefjes, zoals het ''Stekelbokje. ''Later ruimt de redactie plaats in voor de cartoons van dr.ir. C.W.A.M. (Kees) van Overveld en voor de strips ''Harmpje ''en ''Geert en Beert. ''In de jaren tachtig verschijnt er wekelijks op pagina twee een column onder de naam ''Theo, ''waarin het wel en wee van de Universiteit vanuit het hoogstpersoonlijke blikveld van de hoofdredacteur wordt beschreven. Later ontstaat de column ''Overige zaken, ''waarin hoogleraren en medewerkers als prof.dr. P.J. Lemstra, prof.dr.ir. H.E.H. Meijer, prof.dr.ir. F.W. Sluijter, dr. J.W. Nienhuys en drs. M.R.J. Pieterson bij toerbeurt de TU/e-gemeenschap deelgenoot laten worden van opborrelende gedachten en kritische reflecties. Deze rubriek verdwijnt uit de kolommen en het estafettestokje wordt later overgehet begin van de jaren zestig begonnen met de ‘TH Kromme’, een cartoon gebaseerd op het logo, dat liefkozend ''het harkje ''werd genoemd). In de jaren zeventig plaatste het blad al cursiefjes, zoals het ''Stekelbokje. ''Later ruimt de redactie plaats in voor de cartoons van dr.ir. C.W.A.M. (Kees) van Overveld en voor de strips ''Harmpje ''en ''Geert en Beert. ''In de jaren tachtig verschijnt er wekelijks op pagina twee een column onder de naam ''Theo, ''waarin het wel en wee van de Universiteit vanuit het hoogstpersoonlijke blikveld van de hoofdredacteur wordt beschreven. Later ontstaat de column ''Overige zaken, ''waarin hoogleraren en medewerkers als prof.dr. P.J. Lemstra, prof.dr.ir. H.E.H. Meijer, prof.dr.ir. F.W. Sluijter, dr. J.W. Nienhuys en drs. M.R.J. Pieterson bij toerbeurt de TU/e-gemeenschap deelgenoot laten worden van opborrelende gedachten en kritische reflecties. Deze rubriek verdwijnt uit de kolommen en het estafettestokje wordt later overgenomen door de wekelijkse column ‘Effe zeuren’ van de emeritus hoogleraar prof.dr. F.W. (Fred) Steutel.

Versie op 3 mrt 2011 13:53

“De kring van medewerkers van de Technische Hogeschool te Eindhoven wordt groter. Nieuwe plannen worden gemaakt en uitgevoerd. Het is moeilijk om bij te blijven. Deze Mededelingen zijn bedoeld als huisorgaan, dat wil proberen aan dit bezwaar tegemoet te komen.” Met deze woorden introduceert prof.dr. K. Posthumus in december 1956 het eerste mededelingenblad van de THE. Het blad verschijnt met de curieuze toevoeging: “De inhoud is niet bestemd voor publicatie in de pers”. Daar zal ook niet veel aanleiding toe zijn, want het aanvankelijk gestencilde en zeer onregelmatig verschijnende periodiek houdt zich zonder journalistieke pretenties keurig aan het achteraf vermelden van nieuwe ontwikkelingen.

Tabakspijp en rozenkrans


Op 4 februari 1959 ziet een tweede publicatie het licht: TH Berichten heeft de bedoeling de lezer op de hoogte te houden van wat er in en rond de THE te gebeuren staat. Het blad, zo belooft de driekoppige redactie (H.W. van de Gaarden, A.G.M. Geurts en P.J.N. Kruip) verschijnt iedere woensdag en zal ‘op een tafeltje ter medeneming worden neergelegd.’ Het journalistieke gehalte is aanvankelijk nihil. Onthullend is slechts de lijst met gevonden voorwerpen die op 24 juni 1959 wordt gepubliceerd: “1 foudraal voor lineaal, 3 ballpoints, 1 tekenpen, 1 tabakspijp, 1 tube tandpasta, 1 broodtrommeltje, 2 linker handschoenen, 1 rechter handschoen, 1 fietspomp, 2 driehoekjes, 1 logarithmische en goniometrische tafel (Derksen en de Laive), 1 passer, 1 plastic regenkapje, 1 wollen shawl, 1 rozenkrans, 3 omslagmappen oefeningen wiskunde, 1 regenbroek, 1/2 koplamp voor rijwiel, 1 ringband A5. Deze voorwerpen worden na woensdag 24 juni a.s. uitgestald in de hal van de Technische Hogeschool.” Langzaam maar zeker ontwikkelt deze getypte en gestencilde uitgave zich in een wat meer professionele richting. In september 1961 stapt TH Berichten over op een tweekoloms zwart-wit uitvoering. Met ingang van september 1965 verschijnen er foto’s en kadertjes en neemt het blad de gedaante aan van ‘een weekblad voor de hele TH-gemeenschap.’ In het voorjaar van 1974 vindt een redactiewisseling plaats. Journalist Dick Wittenberg, die later voor NRC Handelsblad zal gaan werken, neemt de eindredactie over. De lezers wordt in een artikeltje duidelijk gemaakt dat er in de loop der jaren nogal wat veranderd is. Vroeger werd aangeleverde kopij hooguit op taalfouten gecorrigeerd en zette een medewerker van de Voorlichtingsdienst het blad op een achternamiddag in elkaar. Door de toegenomen informatiestromen is er veel meer redactie nodig om berichten te selecteren en leesbaar te maken. En dus zal de THE-gemeenschap, zo laat de redactie weten, moeten accepteren dat er ‘aan stukjes geknoeid’ zal worden. De journalistiek klopt bescheiden aan de achterdeur.

Vrij publiceren


Onder invloed van de democratiseringsen inspraakbeweging is in het midden van de jaren zeventig de sfeer in de universitaire wereld veranderd. In 1976 geeft de staatssecretaris voor Hoger en Wetenschappelijk onderwijs, dr. G. Klein, in een interview met het Hogeschoolblad van de Technische Hogeschool Delft aan dat journalisten van een universiteitskrant “de plicht hebben om te rapporteren over wat ze aan nieuws en informatie vergaren, als zij menen dat zij hun verantwoordelijkheid aankunnen.” Want universiteitsbestuur en redactie hebben volgens Klein verschillende verantwoordelijkheden. Een journalist van een universiteitsblad, die dicht op de huid van de organisatie werkt en er ook door betaald wordt, moet zich bewust zijn van de gevolgen van de publicatie van gevoelige informatie.

Cursor


In september 1986 wordt de THE omgedoopt tot TU/e en heet TH Berichten voortaan Cursor. De redactie bestaat inmiddels uit een fulltime hoofdredacteur, een parttime eindredacteur en dito bureauredacteur en twee vaste medewerkers van de Voorlichtingsdienst. De redactie maakt ook gebruik van bijdragen van studenten, medewerkers en freelance journalisten. Er wordt kopij uitgewisseld met andere universiteitsbladen. Later onstaat er in Nederland een gespecialiseerd Hoger Onderwijs Persbureau dat stukken kant en klaar voor de redactie aanlevert. Commerciële advertenties worden in de jaren negentig geworven via een extern reclamebureau. De redactie staat nog steeds op de loonlijst van de Universiteit. In 1986 noemt Cursor zich een onafhankelijk blad, hetgeen wordt gewaarborgd door een redactiestatuut en een redactieraad. Het blad biedt ook meer ruimte aan cartoons (de traditie was in het begin van de jaren zestig begonnen met de ‘TH Kromme’, een cartoon gebaseerd op het logo, dat liefkozend het harkje werd genoemd). In de jaren zeventig plaatste het blad al cursiefjes, zoals het Stekelbokje. Later ruimt de redactie plaats in voor de cartoons van dr.ir. C.W.A.M. (Kees) van Overveld en voor de strips Harmpje en Geert en Beert. In de jaren tachtig verschijnt er wekelijks op pagina twee een column onder de naam Theo, waarin het wel en wee van de Universiteit vanuit het hoogstpersoonlijke blikveld van de hoofdredacteur wordt beschreven. Later ontstaat de column Overige zaken, waarin hoogleraren en medewerkers als prof.dr. P.J. Lemstra, prof.dr.ir. H.E.H. Meijer, prof.dr.ir. F.W. Sluijter, dr. J.W. Nienhuys en drs. M.R.J. Pieterson bij toerbeurt de TU/e-gemeenschap deelgenoot laten worden van opborrelende gedachten en kritische reflecties. Deze rubriek verdwijnt uit de kolommen en het estafettestokje wordt later overgehet begin van de jaren zestig begonnen met de ‘TH Kromme’, een cartoon gebaseerd op het logo, dat liefkozend het harkje werd genoemd). In de jaren zeventig plaatste het blad al cursiefjes, zoals het Stekelbokje. Later ruimt de redactie plaats in voor de cartoons van dr.ir. C.W.A.M. (Kees) van Overveld en voor de strips Harmpje en Geert en Beert. In de jaren tachtig verschijnt er wekelijks op pagina twee een column onder de naam Theo, waarin het wel en wee van de Universiteit vanuit het hoogstpersoonlijke blikveld van de hoofdredacteur wordt beschreven. Later ontstaat de column Overige zaken, waarin hoogleraren en medewerkers als prof.dr. P.J. Lemstra, prof.dr.ir. H.E.H. Meijer, prof.dr.ir. F.W. Sluijter, dr. J.W. Nienhuys en drs. M.R.J. Pieterson bij toerbeurt de TU/e-gemeenschap deelgenoot laten worden van opborrelende gedachten en kritische reflecties. Deze rubriek verdwijnt uit de kolommen en het estafettestokje wordt later overgenomen door de wekelijkse column ‘Effe zeuren’ van de emeritus hoogleraar prof.dr. F.W. (Fred) Steutel.