Persoonlijke instellingen

Redes

Uit Tuencyclopedie

Share/Save/Bookmark

Verba volant, scripta manent.

Titel: Prof.dr. K. Posthumus tijdens de diesrede Jaar: ca. 1961 Foto: Archief TUE

Het gesproken woord vervliegt, het geschreven woord blijft. De Universiteit koestert gelukkig de traditie dat sommige toespraken op papier dienen te worden gezet, zodat het nageslacht zich een oordeel kan vormen over wijze woorden die ooit (vaak in het Auditorium) werden uitgesproken.* Zo kunnen we vijfenveertig jaar na dato lezen dat rector magnificus prof.dr. K. Posthumus zich bij de opening van het Academische Jaar 1961/1962 waagde aan een vooruitblik. Hij is er zich van bewust dat de woorden die hij als ‘verslaggever van het wel en wee’ aan de THE uitspreekt, in de toekomst een heel andere functie en inhoud kunnen krijgen. “De verslaggever staat voor onoplosbare moeilijkheden. Ook als hij vandaag slechts welwillende kritiek zou ervaren, kan hij vermoeden dat in 2056, bij het eeuwfeest van deze Hogeschool, de geschiedschrijver enkele van zijn zinnen, in dan reeds lang verouderde spelling, tussen aanhalingstekens zal plaatsen om ter verhoging van de vreugde in een zwaar betoog een lichte toets aan te brengen.” Of Posthumus ook in 2056 zal worden geciteerd, moet worden afgewacht.

Titel: Diesrede Prof.dr. Hans Erkelens Jaar: ca. 1990 Foto: Archief TUE

Morele verplichting


Redes vormen een rode draad in het bestaan van een universiteit. Een hoogleraar wordt geacht bij zijn aantreden een intreerede te houden. Bij het bereiken van het emeritaat hoort een voltijds hoogleraar een afscheidscollege te verzorgen. De meesten houden zich aan die morele verplichting. Daarnaast kent de TU/e nog twee soorten toespraken bij academische plechtigheden, te weten de rede bij de opening van het academisch jaar en de diesrede (op de verjaardag van de instelling). De nieuwjaarstoespraak van de voorzitter van het College van Bestuur is hors catégorie. Dat geldt ook voor de jaarlijkse Holstlezing, die sinds 1977 op uitnodiging van Philips Research en de TU/e gehouden wordt door een gerenommeerde wetenschapper.

Titel: Prof. Donald Ingber houdt de Holstlezing Jaar: 2011 Foto: Bart van Overbeeke

Intreerede of inaugurele rede?


Een hoogleraar steekt, liefst vrij kort na zijn aanstelling, een openbaar verhaal af waarin hij de krijtlijnen rond zijn vakgebied trekt. Een intreerede schetst de stand van zaken in een (deel)discipline, vaak ook de bijdragen daaraan van de pas benoemde hoogleraar, vermeldt interessante openstaande problemen en geeft aan wat de plannen zijn voor de leerstoel. De redenaar kan ook wijzen op maatschappelijk relevante toepassingen. Het gehoor bestaat in de regel uit de rector magnificus, overige leden van het College van Bestuur, de secretaris van de Universiteit, een delegatie van decanen van faculteiten, collegahoogleraren, leden van de wetenschappelijke staf van de eigen faculteit, studenten, externe gasten en (niet onbelangrijk!) familie en vrienden van de spreker. Het is tenslotte een hoogtijdag in het leven van een wetenschapper. Volgens het overzicht van de redes sinds 1956, samengesteld door de Bibliotheek, was de primeur op 20 oktober 1957 voor prof.dr.ir. W. van Loon. Zijn ‘rede uitgesproken bij de aanvaarding van het ambt van gewoon hoogleraar’ in de afdeling der Scheikundige Technologie, ging (niet verwonderlijk) over ‘Onderzoek en chemische industrie.’ Sinds 1989 wordt die lange genre-aanduiding vervangen door ‘intreerede.’ De eerste die deze korte term gebruikte was prof. dr. M.J.A. de Voigt van de faculteit Technische Natuurkunde. Waarom gebruikt de TU/e overigens niet het aan andere universiteiten gebruikelijke woord inaugurale of inaugurele rede? Dat is niet meer na te gaan. Inaugureren duidt op inwijden en misschien klinkt dat wat te zweverig. Het Latijnse woord augur betekent immers oorspronkelijk vogelwichelaar, een ingewijde die in staat is uit natuurverschijnselen een betekenis af te te leiden die belangwekkende beslissingen moet ondersteunen. De enige (deeltijd)hoogleraar die in 1998 haar verhaal als ‘inaugurele rede’ betitelt, is stedenbouwkundige prof. H.E. (Riek) Bakker van de faculteit Bouwkunde. De gekozen term was wellicht te omineus, want vier jaar later nam ze al afscheid van de Universiteit. Het eerste afscheidscollege aan de Hogeschool staat op naam van prof. J.B. Aninga, die op 1 juli 1966 met emeritaat ging. Met deze ook uit het Latijn afkomstige term wordt de staat omschreven van een geestelijke of hoogleraar die zijn ambt wegens het bereiken van de leeftijdsgrens heeft neergelegd. * De meeste redes vanaf 1956 zijn full text te vinden via de site van de Universiteitsbibliotheek. De lijst bevat ook een aantal gedrukte toespraken die weliswaar aan de TU/e zijn gehouden, maar niet vallen in de hierboven beschreven categorieën.

Titel: Prof. Peter Baltus tijdens intreerede Jaar: 2008 Foto: Odette Beekmans

http://library.tue.nl/catalog/TUEPublication.cs p?Language=eng&Type=Orations&Sort=Author