Persoonlijke instellingen

AOR Test

Uit Tuencyclopedie

Share/Save/Bookmark

Na ruim veertig jaar ging in het begin van 2005 de deur van de Algemene Ontmoetingsruimte (AOR) voorgoed op slot. Door teruglopende bezoekersaantallen en een oplopende schuldenlast was een gezonde exploitatie van het studentencafé niet meer mogelijk. Zicht op verbetering was er nauwelijks. Vooral bij ouderejaarsstudenten en alumni van de TU/e maakt de sluiting gevoelens van nostalgie en treurnis los. De AOR was een roemrucht en zeer succesvol studentencafé, dat in 1964 van start ging als een gezamenlijk initiatief van de drie studentenverenigingen. Veel oud-studenten van de TU/e en veel mensen die in de jaren zeventig, tachtig en negentig de middelbare school doorliepen, konden zich ongetwijfeld vinden in de liefdesverklaring die columniste Corrie de Leeuw in het Eindhovens Dagblad publiceerde over ‘haar’ AOR. De zinsnede ‘in geen enkel café voelde ik me zo thuis als in de AOR’ zal ook hen op het lijf geschreven zijn. Goedkoop bier, tafelvoetbal en de altijd voorradige en voordelige kroketten waren dé ingrediënten waarmee de AOR zich in die jaren immens populair maakte. De sfeer was altijd ontspannen, er werd volop gediscussieerd en optredens mondden vaak uit in één groot feest. Vooral het bier stroomde dan rijkelijk, feesten kregen met terugwerkende kracht een legendarische dimensie en de cafébazen in de binnenstad waren stinkend jaloers vanwege de vorstelijke omzetten die jaarlijks gedraaid werden. Aan het begin jaren van de jaren negentig stond de AOR landelijk nummer twee op de lijst als het ging om de jaaromzet van het bier van Dommelsch. Ook werd rond die tijd door medewerkers van het studentencafé een cultureel evenement op poten gezet, dat nu jaarlijks nog vele duizenden bezoekers naar het Universiteitsterrein weet te trekken: het festival Virus >.

Brand

Het initiatief tot de oprichting van de AOR kwam van de Eindhovense studentenverenigingen. Zij wilden dat er een plek kwam waar studenten, ongeacht of ze nu wel of geen lid waren van een vereniging, elkaar konden treffen. Na de oprichting werd in januari 1964 als eerste locatie een noodgebouw betrokken achter de villa van het Eindhovens Studenten Corps aan de Parklaan. DAF-directeur dr. H. (‘meneer Hub’) van Doorne verrichtte de officiële opening. Veel bier werd hier niet getapt, want al op 14 april van dat jaar was een defecte oliekachel er de oorzaak van dat het hele gebouw tot de grond toe afbrandde. Rond die tijd werden er ook al ideeën ontwikkeld voor de bouw van een centraal gebouwencomplex, waarin de mensa, de studentenverenigingen en de AOR een plek zouden krijgen. Dat complex moest verrijzen achter de toenmalige Boerenleenbank. Een voormalige linnenfabriek in de Dommelstraat en De Effenaar boden tot de oplevering van De Bunker onderdak aan de AOR. Het Rotterdamse architectenbureau Maaskant ging inmiddels aan de slag met De Bunker en in 1970 vond de verhuizing naar de betonnen kolos aan de John F. Kennedylaan plaats.

Bierrecords

De AOR bleek een schot in de roos. Ook veel middelbare scholieren wisten de weg naar het studentencafé te vinden. De officiële toegangseis (een collegekaart), werd handig omzeild door de invoering en soepele verstrekking van een eigen toegangspas. Wie de karakteristieke pas eenmaal in bezit had, kon die jaarlijks moeiteloos laten vernieuwen. Voor de opslag van het bier moest steeds meer capaciteit geschapen worden, waarbij de AOR voorop liep bij de toepassing van de nieuwste technieken. Begin 1981 werden vier nieuw geplaatste duizendliter-tanks symbolisch beschilderd als koe en kregen toepasselijke namen: Marta 1, Berta 2, Drika 3 en Klara 4. Zowel voor de AOR als voor de brouwerij was het café een ware melkkoe. In de hoogtijdagen stonden er zo’n 65 barkeepers op de loonlijst. In 1994 draaide de AOR een recordomzet van één miljoen gulden. Alleen al tijdens de Intro werd er twaalfduizend liter bier geschonken. In het begin van de 21e eeuw liepen de bezoekersaantallen echter sterk terug. Verbouwingen van de bars en nieuwe activiteiten moesten de student weer naar De Bunker lokken. Maar die student moest zijn kostbare tijd steeds zorgvuldiger verdelen over de studie, een bijbaantje en zijn sportactiviteiten. Voor cafébezoek blijft dan nog maar weinig tijd over. Problemen met de fiscus, vorderingen van het GAK en het nog maar moeilijk kunnen vinden van bestuursleden droegen bij aan de verdere teloorgang van het eens zo prestigieuze café. Ook de brouwerij zag er uiteindelijk geen toekomst meer in.