Persoonlijke instellingen

Orbitrans

Uit Tuencyclopedie

Share/Save/Bookmark

In het voorjaar van 1973 wordt voor de ingang van het Rekencentrum een ruim drie meter hoge en tweeduizend kilo zware plastiek op een sokkel geplaatst. Het object draagt de naam Orbitrans en is een ontwerp van P.J. van der Scheer, medewerker van de vakgroep Sociotechniek van de afdeling der Bedrijfskunde. Hij maakte het object in eendrachtige samenwerking met technici van de Centrale Technische Dienst. Voorzitter prof. W.G. Quist van de Kunstcommissie, die bijgedragen heeft aan de realisatie, zit er een beetje mee in zijn maag. Het project kostte bijna zeventigduizend gulden, maar is het wel een kunstwerk? In ieder geval, zo stelt Quist, pretendeert het object niet meer te zijn dan dat wat waarneembaar is: “Een intrigerende vorm die misschien mathematisch bepaald kan worden.” Voor het object spreekt, dat het zijn bestaan te danken heeft aan werkzaamheden binnen de THE-gemeenschap. De maker licht in TH Berichten zijn ontwerp toe. Hoe is het idee voor de oneindige cirkel ontstaan? Dat blijkt geen sinecure: “Denkt u zich een heel grote autoband in: allemaal ronde plakjes die op een hoepel zijn geschoven. Zo’n ding heet een torus. Nu nemen we één cirkelvormig plakje van de torus, maken er een driehoek van en schuiven die op de hoepel. Dan maken we weer een driehoek en schuiven die ook weer op de hoepel, iets minder ver en een beetje verdraaid om zijn zwaartepunt. Dat doen we vele keren.” Twee jaar later blijkt het object niet meer op zijn sokkel te staan en is het een half jaar lang zoek. De redactie van TH Berichten vindt het terug op de werf van de Bouwtechnische Dienst. Wat is er gebeurd? De Orbitrans is vervaardigd van polyester op een stalen kern. Al snel ging de kunststof scheuren. Een rapportje over de staat waarin het werk verkeert, laat ook op papier weinig heel van het kunstwerk: ‘verkeerd materiaal, verkeerd transport, niet goed geplakt, invloed van de zon in de holle binnenruimte.’ Tot teleurstelling van het hoofd van de BTD, ir. J.J.M. Kalkhoven, blijkt ontwerper Van der Scheer zich nauwelijks meer met zijn geesteskind te willen bemoeien. Het College van Bestuur is bereid de reparatie te betalen, maar het wordt een moeilijke klus. De Orbitrans zal de werf nooit meer verlaten. In 1981 looft de Lustrumcommissie een fors bedrag uit voor een nieuw Orbitransontwerp. Er komen vijftien ideeën binnen, maar het winnende ontwerp wordt niet uitgevoerd.

Titel: De Orbitrans voor de ingang van het Rekencentrum Jaar: 1973 Foto: Archief TU/e


Ring van Möbius


Jaren later duikt er weer een idee voor een wiskundig geïnspireerd kunstwerk op. Het lustrumjaar 1986 moet gevierd worden en de TU/e vraagt Philips om een logo op het dak van het Hoofdgebouw te sponsoren. De benodigde honderdduizend gulden vindt de firma echter wat te veel van het goede, maar men is wel bereid om de constructie van een 3D-versie van het lustrumsymbool mogelijk te maken. Dat symbool betreft de zogenaamde ring van Möbius. August Ferdinand Möbius, een negentiende eeuwse Duitse wis- en sterrenkundige, ontwierp een ring met een eenzijdig oppervlak. ‘Het ontwerp logenstraft de voor de hand liggende gedachte dat een ring altijd twee kanten zal hebben en twee lange randen. Bij de ring van Möbius is binnen- en buitenkant dezelfde’, laat de voorzitter van het College van Bestuur, drs. H.J. ter Heege aan de directie van Philips weten. Met steun van de N.V. wordt later dat jaar onder leiding van Kalkhoven een grote ring in Cortenstaal vervaardigd. Dit ontwerp doorstaat de tand des tijds een stuk beter. Het heeft al weer jaren zijn plaats aan de John F. Kennedylaan, ter hoogte van de oude brug over de Dommel.

Titel: De Ring van Moebius wordt op zijn sokkel geplaatst Jaar: 1987 Foto: Archief TU/e