Persoonlijke instellingen

Golay M.J.E.

Uit Tuencyclopedie

Share/Save/Bookmark
Versie op 14 apr 2011 14:17 van Ematlou (Overleg | bijdragen)
(wijz) ←Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie→ (wijz)
Titel: Prof.dr Marcel Golay Jaar: ca.1960 Foto: Archief TUE

De Zwitserse wetenschapper prof.dr. M.J.E. (Marcel) Golay (*1902 - †1989) is een van de kleurrijkste hoogleraren uit de TU/e-geschiedenis. De veelzijdig getalenteerde Golay was een onderzoeker die gedurende zijn lange carrière in meerdere disciplines uitzonderlijke prestaties leverde. Hij was in staat om met groot succes simpele concepten los te laten op gecompliceerde fysische, mathematische of chemische problemen. Zo staat hij te boek als de uitvinder van de capillaire gaschromatografie in de analytische chemie, is hij de man van de foutenverbeterende Golay-codes in de informatietheorie en legde hij de wiskundige basis onder het LORAN-C precisie radionavigatie-systeem dat door de Amerikaanse marine en luchtvaart wordt gebruikt. Of dat niet genoeg was, bestaan er ook nog de Golay-infrarooddetector (een voorloper van de radar) en de Golay-spoelen voor kernspinresonantie. Tenslotte deed hij onderzoek naar onderwaterakoestiek, naar olietransport onder water in de Noordelijke IJszee, naar straalzenders en naar televisie. Zijn wetenschappelijke loopbaan speelde zich grotendeels af in industriële en militaire laboratoria in de Verenigde Staten. De enige universiteit die hem ooit heeft weten te strikken voor een bijzonder hoogleraarschap was de TU/e. Om precies te zijn: de THE, want het was in september 1961 dat met steun van de stichting Eindhovens Hogeschoolfonds een bijzondere leerstoel in de leer der analogieën kon worden ingesteld,min of meer afgestemd op zijn profiel. Wie was deze duizendpoot en hoe kwam hij in Eindhoven terecht?

Keulemans


Golay werd in Neuchâtel in het Franstalige deel van Zwitserland geboren. Zijn Franse accent is levenslang zijn Engelse uitspraak blijven kleuren. Hij studeerde elektrotechniek aan de Eidgenössische Technische Hochschule (ETH) in Zürich en trad in 1924 in dienst van de befaamde Bell Labs in Amerika. Hij promoveerde in 1931 aan de University of Chicago op toomfysisch onderzoek. Golay werkte daarna voor de US Army Signal Corps laboratoria. In 1958 was de Eindhovense chemicus prof.dr.ir. A.I.M. Keulemans betrokken bij de organisatie van een groot internationaal gaschromatografiecongres in Amsterdam waar Golay zijn zogenaamde capillaire kolom presenteerde. Hij was tot zijn baanbrekende chemische analysemethode gekomen door deze capillaire kolom op te vatten als een netwerk van weerstanden en condensatoren. Deze vinding was een voorbeeld van Golay’s vermogen om de verworvenheden uit het ene vakgebied op analoge wijze toe te passen in andere gebieden, door de essentie ervan te vertalen in wiskundige termen of elektrische grootheden. De internationaal ingestelde Keulemans zocht steun bij het Hogeschoolfonds om Golay naar Eindhoven te halen. Op 15 december 1961 hield hij zijn intreerede. Emeritus prof.dr. J.H. van Lint herinnert zich dat deze zitting helaas niet drukbezocht was, omdat het overgrote deel van de Senaat zich op dat moment op een receptie bevond in de juist geopende Karpendonkse Hoeve. In de twee jaar dat Golay in Eindhoven werkte, gaf hij een groot aantal lezingen. “Prof.dr. Golay stelt zich voor een aantal voordrachten van uiteenlopend karakter te houden. Het merendeel dezer voordrachten heeft betrekking op de leer der communicatie. Daarnaast is er een aantal onderwerpen op het gebied der instrumentatie. Prof. Golay heeft een aantal belangrijke uitvindingen gedaan en in zijn lezingen zullen dan ook veelal de gedachten langs welke hij tot een bepaalde uitvinding gekomen is, worden ontwikkeld”, meldt TH Berichten. Anno 2006 zou Golay omschreven worden als een onderzoeker met een groot innovatievermogen en met veel talent voor kennisvalorisatie. De lezingen in de werkkamer van Keulemans trekken een select publiek van studenten, promovendi, stafleden en belangstellenden uit de industrie.

Herinneringen


Emeritus hoogleraar prof.dr. C.A.M.G. Cramers, toentertijd werkzaam in de groep van Keulemans en later diens opvolger, herinnert zich Golay als een wetenschappelijke superman: “Hij reed rond in een opvallende sportwagen. Rijden is niet het goede woord; hij scheurde en dat was echt levensgevaarlijk. Je zat er met grote angst naast.” Dat strookt met hetgeen Perkin Elmermanager Thomas Flynn zich in 1990 herinnert over de stuurmanskunsten van de onderzoeker die in Amerika bij voorkeur in een Mercedes sportwagen voortbewoog: ‘He drove as, I have heard, people in Rome, Italy drive.’ Zo schrok hij er niet voor terug om zich uit een lange wachtrij voor een rood stoplicht los te weken, de linkerrijstrook op te rijden en alle andere wachtenden vóór hem te bypassen, ondertussen het rode licht negerend. Een lift met Golay was ook in Amerika niet populair. Golay vond in Eindhoven meer dan wetenschappelijke inspiratie. Hij ontmoette in het laboratorium van de vakgroep instrumentele analyse een secretaresse met wie hij later trouwde. Na twee jaar keerde Golay terug naar Amerika, waar hij senior scientist werd bij het grote concern Perkin Elmer, maar hij bleef tot op hoge leeftijd contacten met Eindhoven onderhouden, ook toen hij na zijn pensionering weer naar zijn vaderland was teruggekeerd. Toen Cramers met vakgenoten een internationaal roulerend congres op het gebied van de capillaire chromatografie had opgezet, vroeg hij toestemming aan Golay om diens naam te verbinden aan een eremedaille in het vakgebied. “Dat was meteen een mooie aanleiding om hem zelf weer eens uit te nodigen. Tijdens een van die congressen vierden we zijn tachtigste verjaardag en kreeg hij tachtig bloemen. Die ging hij toen prompt uitdelen onder de vrouwelijke deelnemers in de zaal. Maar dat vond zijn echtgenote niet zo’n goed idee en die stapte vervolgens de zaal in om ze weer in te zamelen.” Cramers herinnert zich dat Golay soms twee keer per dag vanuit Zwitserland belde, toen er in Eindhoven experimenten werden uitgevoerd met turbulente gaschromatografie, waarvoor hij een theoretische fundering had geformuleerd. Als tachtigjarige ging hij nog steeds energiek wetenschappelijke discussies aan. Cramers en zijn collega Leclercq hadden de euvele moed op een mogelijke onjuistheid in een van zijn laatste publicaties te wijzen en een conclusie van Golay te betwijfelen. Binnen een week lag er een antwoordbrief (“It was in fear and trembling that I read your letter of sept. 6”), waarin met vriendelijke ironie werd uitgelegd waarom de criticasters de plank hadden misgeslagen.

Foutenverbeterende codes


In 1949 had Marcel Golay een artikel van een halve pagina gepubliceerd, onder de titel Notes on digital coding. Ondanks de geringe lengte zou het een van de belangrijkste publicaties in de coderingstheorie worden en de basis leggen onder de systemen die ontworpen werden om satellietfoto’s uit het heelal naar de aarde te laten overseinen. Nog steeds zijn de methoden om betrouwbaar data te versturen gebaseerd op dit artikel. Van Lint ontwikkelde zich jaren later tot een specialist op het gebied van foutenverbeterende codes: “Toen Golay in de jaren tachtig nog eens in Eindhoven was, werd ik aan hem voorgesteld als een van de mensen die hadden aangetoond dat verder zoeken naar perfecte codes geen zin had. Hij had geen idee wat ik bedoelde! De Golay-code was slechts een intermezzo in zijn prachtige carrière geweest.”